GI-dieet; maak onderscheid tussen koolhydraten!

Het GI-dieet maakt een onderscheid tussen de verschillende soorten koolhydraten. GI staat voor glycemische index. Deze geeft aan hoe snel de koolhydraten door het lichaam worden omgezet in glucose. De glycemische index is weergegeven per 50 gram koolhydraten. Voedingsmiddelen hebben een hoge of lage glycemische index. De snel verteerbare koolhydraten hebben over het algemeen een hoge gi-waarde en zijn verboden terwijl de langzame koolhydraten een lage gi-waarde hebben en wel mogen worden gegeten.

Theorie
Uiteraard is er het koolhydraatbeperkend dieet. Maar in plaats van het uitbannen van alle koolhydraten is de basis van het GI-dieet het uitbannen van die koolhydraten die door het lichaam snel worden omgezet in glucose. Langzame koolhydraten mogen wel worden gegeten. Doordat alleen voeding wordt gegeten die langzaam door het lichaam wordt verteerd houdt men langer een vol gevoel na het eten en heeft men minder behoefte aan tussendoortjes.

Wat mag je wel eten?
Het dieet heeft voeding verdeeld over 3 categorieën. Alle prodcuten die in de groene categorie vallen, met een glycemische index van onder de 50, mogen altijd worden gegeten. Producten in de oranje categorie, met een glycemische index tussen de 50 en 70, mogen tijdens het afvallen niet worden gegeten maar zodra u uw streefgewicht heeft bereikt, kunnen producten uit deze categorie weer worden gegeten. Producten uit de rode categorie, met een glycemische index boven de 70, kan men het beste altijd zoveel mogelijk vermijden.

In de eerste fase van het dieet mag men dus alleen producten eten met een lage glycemische index. Het wordt aangeraden om ook het aantal calorieën te beperken. Nadat het streefgewicht is bereikt mogen producten met een glycemische index tussen de 50 en 70 weer worden gegeten terwijl producten met een hoge glycemische index levenslang moeten worden vermeden.

Producten met een lage glycemische index onder de 50: groene categorie
In deze categorie vallen bijna alle soorten groente, fruit en bonen. Andere producten uit deze categorie zijn bijvoorbeeld volkorenbrood, volkoren roggebrood, boekweitmeel, quinoa, zilvervliesrijst, wilde rijst en basmati rijst, volkorenpasta, bataat, bulgur, linzen, erwten, spliterwten, zuivel, extra pure chocolade, amandelen, hazelnoten, lijnzaad, vetarm roomijs zonder vet en toegevoegde suikers, tofu en tahoe. Deze producten zijn dus altijd toegestaan. Ook fructose valt in de groene categorie. Fruitsuikers mogen dus wel worden gegeten. In de natuurwinkel zijn veel producten te vinden waarbij suiker is vervangen door fructose.

Producten met een gemiddeld glycemische index tussen de 50 en 70: oranje categorie
De meeste noten vallen in deze categorie. Maar ook sommige soorten fruit zoals abrikoos, ananas, banaan, kiwi, mango, papaja. Andere producten zijn popcorn, couscous, kort gekookte pasta en bruin brood.

Producten met een hoge glycemische index van boven de 70: rode categorie
Maltose, dadelstroop, honing, glucose, dextrose, druivensuiker en alle andere soorten suiker, gebakken of gefrituurde aardappels, bloem, gemodificeerd zetmeel, aardappelpuree, chips, wit brood, cornflakes, rijstwafel, gedroogde dadels, gekookte tuinbonen, pompoen en watermeloen zijn allen producten met een hoge glycemische index en kunnen dus het beste vermeden worden.

Nadelen GI-dieet
Net als alle andere diëten die bepaalde voeding verbieden is het dieet lastig vol te houden. Toch is het dieet uitermate geschikt om een idee te krijgen over wat gezonde voeding is en wat niet. Producten uit de rode categorie kunnen door bijna niemand levenslang worden vermeden. En op zijn tijd is dat natuurlijk helemaal niet erg.

Er is veel kritiek op het dieet gekomen omdat het bereiden van voeding de glycemische index veranderd. Zo vallen gekookte aardappels die zijn besprenkeld met azijn wel in de groene categorie maar gekookte aardappels niet. Dit is erg verwarrend en vereist ook veel verdieping en tijd.

Daarnaast wordt er geen rekening gehouden met de hoeveelheid die wordt gegeten. De glycemische index gaat bij elk product uit van 50 gram koolhydraten. Wortels hebben bijvoorbeeld een hoge glycemische index omdat zij snel worden opgenomen maar bevatten erg weinig koolhydraten per 100 gram zodat de bloedsuikerspiegel alsnog niet erg veel stijgt.

Brood bestaat voor ongeveer de helft uit koolhydraten. Wortel bevat per 100 gram slechts 7 gram koolhydraten. Dat betent dat er in 100 gram brood ongeveer 50 gram koolhydraten zitten. In 714 gram wortels zitten tevens 50 gram koolhydraten. Het effect op de bloedsuiker is bij een portie brood zodoende veel hoger dan bij een portie wortelen. Van brood eet men immers al snel 100 gram terwijl men van wortelen 100 -200 gram eet.

Glycemische lading
De glycemische index is dus weergegeven per 50 gram koolhydraten. Hierdoor worden een aantal voedingsmiddelen onterecht in een kwaad daglicht gezet. Bij de glycemische lading wordt wel rekening gehouden met de hoeveelheid koolhydraten die wordt gegeten. De GL-waarde geeft aan hoe de bloedsuikerspiegel reageert op een bepaalde portie van het product. Het GL-dieet is dan ook eigenlijk een betere manier om af te vallen. Het gevolg is dat er wat meer producten mogen worden gegeten. Zo mag bij het GL-dieet wel wortel worden gegeten.