Het is je misschien weleens opgevallen. Vrouwen lijken het sneller koud te hebben dan mannen. Een vrouw heeft liever dat de verwarming tussen de 23 en 26 graden staat. Mannen daarentegen willen gemiddeld dat de verwarming rond de 22 graden staat. Wanneer de temperatuur in een kamer daalt, valt het vrouwen ook sneller op dan mannen. Ze merken sneller dat de temperatuur daalt. En dat vrouwen het echt sneller koud hebben, heeft een aantal redenen.
Allereerst hebben mannen meer spieren dan vrouwen. En door spieren te gebruiken ontstaat warmte. Daarom krijg je het ook warm tijdens het sporten. Wie meer spierweefsel heeft, produceert dus meer warmte en heeft het minder snel koud. Vrouwen hebben dan weer relatief meer vetweefsel. En dat zorgt voor een goede isolatie waardoor het lichaam in principe warmer blijft. De warmte die de spieren produceren komen door het vetweefsel echter ook niet in de uiteinden. Daarnaast hebben vrouwen ook nog een minder goede bloeddoorstroming. Dit alles leidt er toe dat de handen van vrouwen gemiddeld twee graden kouder zijn dan de handen van mannen in dezelfde situatie.
Natuurlijk spelen er ook veel andere factoren mee. Ben je lang en dun, dan zul je ook sneller afkoelen. Heb je veel vetweefsel, dan zul je het sneller warm hebben. Maar over het algemeen geldt dus wel dat vrouwen het sneller kouder vinden dan mannen.